Vermaak en dagrecreatie
Toegang tot een voorziening die primair en permanent is ingericht voor vermaak en dagrecreatie is belast met 9% btw. Er moet dan wel sprake zijn van een attractiepark, speeltuin of siertuin of een voorziening die hier wat inrichting betreft mee vergelijkbaar is.
Om het 9% lage btw-tarief te kunnen toepassen moet dus in ieder geval sprake zijn van een ruimte die primair en ook permanent voor vermaak en dagrecreatie bedoeld is. Daarnaast blijft de vraag staan wat verstaan wordt onder een attractiepark, speeltuin of siertuin of een voorziening die hier wat inrichting betreft mee vergelijkbaar is.
Escaperoom
Bij een escaperoom betalen mensen een toegangsprijs om binnen een bepaalde tijd daaruit te ontsnappen door het maken van puzzels en het doen van opdrachten. De Belastingdienst is van mening dat de toegangsprijs tot een escaperoom belast is met 9% btw als de escaperoom een ruimte is die primair en permanent ingericht is voor vermaak en dagrecreatie. Volgens de Belastingdienst maakt het daarbij niet uit dat de ruimte slechts voor een bepaalde tijdsduur (meestal één uur) aan de deelnemer ter beschikking staat.
Filmruimte voor VR-bril
Ook de toegangsprijs tot een ruimte waarin met een VR-bril een film bekeken kan worden, kan belast zijn met 9% btw. Dat is naar het oordeel van de Belastingdienst het geval als de filmruimte primair en permanent is ingericht voor vermaak en dagrecreatie. Ook hier maakt het niet uit dat de ruimte slechts voor een bepaalde tijdsduur aan de filmkijker ter beschikking staat.
Karaokecabine
Een rechter oordeelde dat voor de toegangsprijs tot een karaokecabine geen 9, maar 21% btw geldt. Een onderneming vond haar karaokecabines vergelijkbaar met een escaperoom en een filmruimte voor een VR-bril en wilde daarom op de toegangsprijs voor de karaokecabines ook 9% btw toepassen.
De rechter oordeelde echter anders en vond dat de onderneming 21% btw moest berekenen, onder meer omdat geen sprake was van dagrecreatie, maar van avond- en nachtrecreatie. Verder vond de rechter dat de karaokecabines qua inrichting weinig gelijkenis vertoonde met een attractiepark, speeltuin of siertuin. Daarnaast was naar het oordeel van de rechter geen sprake van het verlenen van toegang door de onderneming omdat niet de onderneming, maar degene die de karaokecabine boekte, bepaalde wie er in de cabine werd toegelaten.
Het beroep van de onderneming op het vertrouwensbeginsel omdat een escaperoom of een filmruimte met VR-bril wel 9% btw kunnen toepassen, werd door de rechter ook verworpen.
Bron: SRA